Verslag Raad van Commissarissen
Als Raad van Commissarissen (hierna RvC of raad) houden wij toezicht op en geven wij, ook ongevraagd, advies aan het bestuur met betrekking tot het formuleren en realiseren van de doelstellingen, strategie en beleid van N.V. Nederlandse Gasunie, hierna ook Gasunie of de vennootschap. Wij treden op als werkgever van de Raad van Bestuur (RvB).
Samenstelling en organisatie
De samenstelling van onze raad is gedurende 2015 niet gewijzigd. In de jaren 2013 en 2014 zijn drie nieuwe leden aangetreden. In het benoemingsproces hebben wij gebruik gemaakt van een in overleg met de aandeelhouder opgesteld competentieprofiel. De samenstelling van onze raad is divers en evenwichtig en alle relevante competenties zijn in voldoende mate aanwezig. Voorzitter van de raad is de heer Rinse de Jong en vicevoorzitter is de heer Dirk Jan van den Berg.
Onze raad kent twee commissies. De Auditcommissie wordt gevormd door mevrouw Jolanda Poots-Bijl (voorzitter) en de beide heren Jean Vermeire en Willem Schoeber. De Beloning-, Selectie- en Benoemingscommissie staat onder voorzitterschap van mevrouw Martika Jonk en wordt verder gevormd door de heren Dirk Jan van den Berg en Rinse de Jong.
Evaluatie
Omdat we nu een volledig jaar in deze samenstelling hebben gewerkt, hebben we in het najaar van 2015 ons functioneren laten evalueren door een onafhankelijk adviesbureau. Deze evaluatie bestond uit vragenlijsten en interviews. Hierbij hebben, naast alle leden van de raad, ook de RvB, de secretaris en de aandeelhouder in een zogenaamde 360ᵒ aanpak hun mening op functioneren van en samenwerking met onze raad gegeven. Deze aanpak, de uitkomst van de vragenlijsten en de analyse van de interviews zijn door het adviesbureau besproken met de voorzitter en in een notitie gedeeld met de betrokkenen. Als afsluiting is een gesprek gevoerd waarbij alle betrokkenen aanwezig waren, met uitzondering van vertegenwoordigers van de aandeelhouder.
Het evaluatieproces is als professioneel en constructief ervaren en heeft waardevolle inzichten gegeven over hoe wij de vennootschap en haar bestuur effectiever kunnen steunen. De belangrijkste bevindingen hebben betrekking op een verdieping van de relatie met de Staat als aandeelhouder in brede zin en het daarin ondersteunen van de visie en missie van Gasunie, zeker nu de rol van gas op langere termijn als minder vanzelfsprekend wordt ervaren door de samenleving. Ook zijn er nuttige punten naar voren gebracht om in onze vergaderingen meer ruimte te creëren voor de belangrijke strategische en inhoudelijke zaken die hiermee samenhangen.
Werkwijze
We wijzigen onze werkwijze zodanig dat we meer tijd vrijmaken voor discussie over die onderwerpen die betrekking hebben op of voortvloeien uit de rol die de vennootschap voor zichzelf ziet, namelijk een leidend Europees infrastructuurbedrijf op het gebied van gas in brede zin. Het bedrijf beschikt over waardevolle assets. Enerzijds in de vorm van fysieke infrastructuur die mede de belangrijkste Europese gascorridors vormen. En anderzijds in de vorm van de bijbehorende kennis en expertise op het gebied van aanleg en operaties, het scheppen van open en transparante markten (TTF) en het realiseren van internationale verbindingen met de Europese collega TSO’s. Daarbij wordt veel aandacht gegeven aan onafhankelijke en goed georganiseerde governance om de internationale gasstromen zo veilig, betrouwbaar en efficiënt mogelijk door te geleiden. Het geheel van deze activiteiten, ook wel met gasrotonde aangeduid, is van groot belang voor de Nederlandse en Noordwest-Europese energie- en warmtehuishouding en verdient daarom onze actieve aandacht.
Gedurende 2015 hebben wij 9 maal vergaderd, waarvan 3 maal in de vorm van een telefonische conferentie. De meeste vergaderingen vonden plaats op het hoofdkantoor in Groningen, maar er is ook vergaderd in Bremen, vlakbij een, door ons ook bezocht, belangrijk knooppunt van internationale gastransportleidingen van Gasunie Deutschland. Alle commissarissen waren steeds aanwezig.
Toezicht
Wij houden toezicht via regelmatige intensieve vergaderingen met het bestuur van Gasunie, zowel plenair als via de beide commissies. Het bestuur bestaat in dit verband uit het executive committee, zijnde de beide leden van de RvB samen met de Algemeen Directeuren van de Nederlandse (GTS) en Duitse (Gasunie Deutschland) gereguleerde activiteiten, de Algemeen Directeur van Deelnemingen & Business Development, de Directeur Juridische Zaken, Regulering & Communicatie en de Directeur Personeel & Organisatie. Deze groep bestuurt onder leiding van de RvB de facto de onderneming en is voor ons dus de relevante groep om mee te overleggen. Op deze wijze hebben wij niet alleen rechtstreeks toegang tot de statutaire directie, op wie wij formeel toezicht houden, maar ook tot degenen die operationeel verantwoordelijk zijn voor de belangrijkste werkgebieden van Gasunie. Waar nuttig en nodig nodigen we ook andere managers uit om presentaties voor ons te houden of ons anderszins te informeren over uiteenlopende onderwerpen. Dit geeft niet alleen meer inhoudelijk inzicht in de behandelde onderwerpen, maar geeft ons ook zicht op managementlagen onder het executive committee. Omdat we ook een beeld willen krijgen van de kwaliteit en opvolgingspotentie van de organisatie, hebben wij in 2015 met de RvB de huidige en toekomstige leiders van Gasunie op hun potentieel besproken. In 2015 heeft de RvC samen met de RvB ook aandacht besteed aan de voor Gasunie meest geëigende aansturing van de onderneming en de daarbij passende inrichting van het bestuur. Dit nadenken, waarbij ook de aandeelhouder betrokken is, zal naar verwachting in 2016 uitmonden in een wijziging van de governance.
Inhoud
Gedurende 2015 zijn veel onderwerpen de revue gepasseerd. Het onderwerp “veiligheid” staat altijd als eerste onderwerp op de agenda van al onze vergaderingen, overigens ook van de vergaderingen van de RvB en het executive committee. De veiligheid van onze medewerkers, klanten en omwonenden en de integriteit van onze activa verdient alle aandacht. De behandeling van een aantal vaste onderwerpen zoals risk management, financiële resultaten, fiscaliteit, financiering, regulering, business plan, automatisering en de beveiligingsaspecten daarvan, remuneratie, governance wordt voorbereid via één van beide commissies. Zodoende hoeven we in de voltallige vergadering alleen nog in te gaan op mogelijke aanvullende vragen en kunnen we de gevraagde besluiten nemen. Zoals hiervoor al aangegeven, zullen we deze werkwijze nog verder aanscherpen om meer tijd te creëren voor de inhoudelijke zaken die van belang zijn voor de rol en positie van Gasunie in het steeds bredere energiedebat.
Strategie
Naast deze operationele zaken hebben we aandacht gegeven aan de strategie van de vennootschap en de afstemming daarvan met het Ministerie van Financiën als directe aandeelhouder en het Ministerie van Economische Zaken als beleidsministerie op het gebied van energie.
De strategie houdt nauw verband met de publieke taak die Gasunie vervult, namelijk veilig, betrouwbaar en efficiënt transport van gas voor haar klanten. Voor wat betreft transport voor Nederlandse afnemers wordt de publieke taak uitgevoerd door GTS. Echter, Gasunie’s rol is breder in de zin dat zij de internationale verbindingen met Duitsland, België en het Verenigd Koninkrijk (mede) beheert. Door Gasunie Deutschland wordt een omvangrijk transportnet beheerd in Noordwest-Duitsland, met verbindingen met het transportnet van Denemarken en met de belangrijke aanvoerlijnen vanuit Rusland (Nord Stream) en (indirect) Noorwegen. Op deze wijze wordt veilige, betrouwbare en betaalbare diversificatie van gastoevoer naar Noordwest-Europa mogelijk gemaakt. Ook dit is in het belang van de Nederlandse energie- en warmtehuishouding.
Naast deze taken heeft Gasunie een aantal ondersteunende activiteiten, die zijn gericht op het versterken van de betrouwbaarheid en de efficiency van de gaslevering en op het faciliteren van een liquide gasmarkt ten behoeve van een transparante prijsvorming voor alle betrokken partijen.
Leveringszekerheid
Gasunie ziet het als onderdeel van haar publieke taak om te streven naar waardebehoud van haar materiële en immateriële activa. Dit houdt een actieve rol in met betrekking tot nationale en internationale besluitvorming over de energievoorziening van Noordwest-Europa, het kerngebied waar Gasunie actief is. Immers, een actieve beïnvloeding van de routing van gasstromen naar of via Nederland is van groot belang voor de leveringszekerheid. Zowel voor Nederland in het licht van de “Groningendiscussie”, als voor de leveringszekerheid voor onze buurlanden waar wij de verbindingen mede voor verzorgen, en dus ook voor de waarde van ons bedrijf. Een dergelijke actieve benadering kan ons inziens bestaan uit het intensief samenwerken met andere infrastructuurbedrijven in Europa, als ook uit het meedenken en meepraten over toekomstige (Europese ) wet- en regelgeving. Het doel is gesprekspartner te zijn en de uitkomst van discussies mede te bepalen. Uiteraard dienen hier het publiek belang, proportionaliteit, risicoprofiel en investering tegen elkaar te worden afgewogen. Als RvC willen we hier graag actief in meedenken en de afwegingen met het oog op de ongestoorde uitvoering van de publieke taak mede vormgeven.
Vooruitzichten vraag naar gastransport
Het Energierapport heeft bevestigd dat, gedurende een lange transitieperiode naar een geheel duurzame energievoorziening, gas als flexibele en relatief schone bron van energie een belangrijke rol zal houden. De Nederlandse samenleving worstelt met de vraag hoe op een veilige manier zo goed en zo lang mogelijk gebruik te maken van de nog omvangrijke en economisch belangrijke voorraad gas. Het productieniveau van het Groningengas is naar aanleiding van de aardbevingenproblematiek verlaagd. Er zijn verschillende mogelijkheden om de weggevallen productie op te vangen. De manier waarop in vervanging zal worden voorzien, kan belangrijke gevolgen hebben voor de benutting van de capaciteit van het door Gasunie beheerde netwerk. Duidelijk is dat voor de voorzienbare toekomst het totaal van de bestaande en toekomstige energie- en warmtevraag van Nederland en van de gecontracteerde buitenlandse afnemers van het Nederlandse aardgas, de productiecapaciteit uit eigen bodem onvoldoende is. Ook met inbegrip van gas uit de zogenaamde kleine velden en energie uit alternatieve duurzame bronnen. Er zal gedurende lange tijd nog import van gas nodig zijn om de transitie naar een duurzame energie- en warmtehuishouding te faciliteren. De belangrijkste bestaande, maar ook toekomstige leveranciers van dit gas zijn Rusland en Noorwegen alsmede diverse LNG-producenten. Om de verschillende kwaliteiten gas op de gebruikersapparatuur af te stemmen, bereidt Gasunie in nauwe samenwerking met het Ministerie van Economische Zaken een belangrijke investering voor in de uitbreiding van stikstofcapaciteit.
Energietransitie
Eén van de strategische pijlers van Gasunie is het mogelijk maken van de transitie naar meer duurzaam energiegebruik. Onderdeel daarvan is het vergroenen van het gas- en energietransport. Dat kan bijvoorbeeld door menging van aardgas met zo veel mogelijk gas van duurzame oorsprong (meestal gas uit biomassa) en door deelname in duurzame energieprojecten. Gasunie ontplooit hiertoe al de nodige initiatieven, die op termijn alleen maar meer en effectiever zullen worden. Wij bespreken dit regelmatig met het bestuur. Wij hebben ons ook laten voorlichten over een portefeuille van investeringsprojecten, gebaseerd op innovatieve ideeën die gericht zijn op het faciliteren van de productie van groen gas. Gasunie heeft in deze projecten de rol van co-investeerder in de infrastructuur om op deze manier, samen met partners, de overgang naar een duurzame energievoorziening mogelijk te maken met oplossingen die mede gebruik blijven maken van ons netwerk.
Wij zijn van mening dat het infrastructuurbedrijf Gasunie bij uitstek een rol toe komt bij activiteiten die innovatieve initiatieven op het gebied van de energietransitie mede mogelijk maken. Hierbij dienen initiatieven vooral vanuit de markt te komen. De praktijk echter heeft ons geleerd dat, vaak, partijen pas in beweging komen als een technologie of een idee zich in de praktijk bewijst. Gasunie en verwante bedrijven kunnen hier een stimulerende en faciliterende rol spelen. Op deze wijze investeert de overheid indirect in een meer duurzame samenleving en dat lijkt in overeenstemming met de prioritering die ook de politiek zichzelf in de klimaatdiscussie heeft gesteld. Als RvC proberen we met discussie en uitdaging deze ontwikkeling te stimuleren.
Nieuwe arbeidsvoorwaarden
Met betrekking tot de interne organisatie van Gasunie hebben twee belangrijke zaken onze aandacht gevraagd. De eerste is de onrust die in 2014 ontstond met betrekking tot het voorstel voor een nieuw beloningsbeleid en de tweede betrof de ontwikkeling van een nieuw transportbesturingssysteem. Ten aanzien van het eerste punt was voor medewerkers de noodzaak voor een nieuw beleid onvoldoende duidelijk, wat heeft geleid tot een gebrek aan vertrouwen in de organisatie. De hiervoor genoemde externe ontwikkelingen met betrekking tot gas hebben een voorzienbare drukkende werking op de baten in de toekomst. Gerechtvaardigde stakeholderbelangen vergen van het bestuur (en van het toezicht) dat over een dergelijke ontwikkeling tijdig wordt nagedacht en dat ook tijdig wordt gereageerd. Op deze wijze kunnen ook de belangen van andere stakeholders, zoals de aandeelhouders in de vorm van de Nederlandse samenleving, worden beschermd. De organisatie zal flexibeler en wendbaarder moeten worden. Ook medewerkers zullen zich continu moeten blijven ontwikkelen. Duurzame inzetbaarheid wordt gestimuleerd met opleiding en competentie-ontwikkeling. Er is in 2015 een intensieve discussie gevoerd tussen het bedrijf, de ondernemingsraad en de betrokken werknemersorganisaties over een verstandig en duurzaam HR- en arbeidsvoorwaardenbeleid voor de komende 5 tot 7 jaar, met inbegrip van marktconforme voorwaarden. Dit heeft geleid tot een unieke samenwerking waarbij de drie partijen gezamenlijk een pakket maatregelen aan de medewerkers hebben voorgelegd. Dit pakket is een eerste stap in een proces, waarbij materiële arbeidsvoorwaarden worden “geruild” tegen opleiding en ontwikkeling. De financiële bijdragen in dit pakket komen van zowel de medewerkers als van de werkgever. Wij zijn erg blij met de bereikte resultaten tot nu toe en onder de indruk van de innovatie en bereidheid tot out-of-the-box denken van alle betrokkenen. Wij hebben hen hier ook mee gecomplimenteerd. Tegelijk de opmerking makend dat een structurele wijziging van externe omstandigheden weer tot een nieuwe dialoog zou moeten leiden. Hetgeen overigens ook besloten ligt in het nu voorliggende pakket, waarbij de partners in continue dialoog het HR- en arbeidsvoorwaardenbeleid monitoren. Wij blijven dit proces op de voet volgen, waarbij we de belangen van alle stakeholders in het oog houden.
Nieuw transportbesturingssysteem
Het tweede belangrijke interne aandachtspunt is de vervanging van het besturingssysteem van ons gastransportnet. Het bestaande systeem is in het verleden in eigen beheer ontwikkeld en gebouwd en heel vaak verbouwd om wijzigingen in marktgedrag en/of regelgeving mogelijk te maken. Nu nadert het systeem het einde van de levensduur. Gasunie is jaren geleden al studies gestart naar mogelijke vervangende systemen die in de markt beschikbaar zouden moeten zijn. Deze systemen waren er niet, althans niet voor gas, en er is voor een soort next best oplossing gekozen. In nauwe samenwerking met een tweetal software leveranciers wordt een bestaand besturingssysteem voor elektriciteit omgebouwd naar een besturingssysteem voor gasinfrastructuur. Dit is een omvangrijk project en gegeven de complexiteit en de noodzakelijke robuustheid van de oplossing, volgen wij dit van nabij. De historie van grote ICT-projecten en de overheid is niet goed, dus is vanuit Gasunie samen met de leveranciers een stap-voor-stap benadering ontworpen met kort-cyclische mijlpaalrapportages. Enkele leden uit onze raad hebben hier, samen met het bestuur, het ICT- en het projectmanagement over gesproken, waarbij vooral een inschatting is gemaakt van de beheersstructuur. Deze wordt nog gecompliceerd doordat de leveranciers op twee verschillende, geografisch ver van elkaar verwijderde plaatsen in de wereld aan de gezamenlijke oplossing werken. Gasuniemedewerkers en consultants stellen zich met grote regelmaat via video-vergaderingen maar ook ter plaatse op de hoogte. De voortgang wordt aan ons gerapporteerd en deze is tot nu toe in overeenstemming met het plan.
Informatiebeveiliging
Verwant hieraan is een sessie waarbij leden van de Auditcommissie en de voorzitter van de raad met het bestuur, het management en ICT-security medewerkers met een externe partij hebben gesproken over cyber security. Gasunie is de beheerder van top vitale infrastructuur, heeft toegang tot de best aangesloten bronnen in Nederland op dit gebied en heeft zich ook conform de bijbehorende impliciete standaard georganiseerd. Het gesprek bevestigde de aanpak, maar ook de snelheid van ontwikkeling op dit gebied en de voortdurend geboden waakzaamheid.
Auditcommissie
De Auditcommissie ondersteunt de RvC met het toezicht op de RvB ten aanzien van, onder meer, de opzet en werking van de interne risicobeheersings- en controlesystemen, het financiële verslagleggingsproces en de instelling en handhaving van daarbij horende interne procedures, de financiering van de vennootschap en de relatie met de in- en externe accountants.
De Auditcommissie heeft in 2015 vijf keer vergaderd, waarvan één maal in de vorm van een telefonische conferentie. Naast de leden van de commissie waren de CFO, de operational auditor en de externe accountant steeds aanwezig, evenals senior stafleden van de concernafdeling Financiën.
Op de agenda stonden reguliere onderwerpen als de periodieke interne en externe financiële rapportages, het business plan (waaronder efficiencydoelen), de fiscaliteit, de financiering, de periodieke verslagen van de operational auditor en de vaststelling van zijn werkplan, het controleplan van de externe accountant, de management letter en het accountsverslag, het Document of Representation van het bestuur, de risicomatrix en de beheersing van de belangrijkste risico’s, de ontwikkelingen in de informatietechnologie en de organisatie en effectiviteit van de beveiliging met het oog op een veilig en betrouwbaar gastransport/corporate security. De Auditcommissie heeft ook vergaderd over de waarderingsmodellen en heeft een update van de activiteiten op het gebied van fraude awareness gekregen.
In verband met de wettelijk verplichte roulatie van de externe accountant is Gasunie overgegaan van EY naar PricewaterhouseCoopers (PwC). In de vergadering van de Auditcommissie van 13 maart waren beide externe accountants aanwezig, EY vanwege de behandeling van de jaarstukken over 2014 en PwC vanwege de uitvoering van de controle van de jaarrekening van Gasunie met ingang van het boekjaar 2015.
De voorzitter van de Auditcommissie spreekt van tijd tot tijd rechtstreeks met de externe accountant, meestal in aanwezigheid van de CFO van Gasunie. De discussies en bevindingen van de Auditcommissie worden gerapporteerd in de plenaire vergaderingen van de RvC. De vergaderstukken en notulen van de commissie worden aan alle commissarissen ter beschikking gesteld.
Melding onder de klokkenluidersregeling
In vervolg op de melding in 2014 van een ‘vermoeden van een misstand’, betreffende een mogelijke onvolkomenheid in een aanbestedingsprocedure door een werknemer van Gasunie zijn door een advocatenkantoor de aanbestedingsprocessen bij Gasunie doorgelicht. Dit heeft uitgemond in enkele concrete aanbevelingen om de processen te verbeteren. Deze aanbevelingen zijn omgezet in acties die in 2015 in de RvC zijn besproken en inmiddels zijn uitgevoerd.
Beloning-, Selectie- en Benoemingscommissie
De commissie heeft in 2015 drie maal vergaderd. Naast reguliere onderwerpen, zoals de realisatie van de doelstellingen ten behoeve van de vaststelling van de variabele beloning over 2014, de vaststelling van nieuwe collectieve en individuele doelstellingen aan de hand van het budget over 2016, het jaarverslag over 2014 en de remuneratieparagraaf met betrekking tot 2015, is ook gesproken over de aansturing van de onderneming, de ontwikkelingen ten aanzien van het arbeidsvoorwaardenbeleid van de RvB en de terugvordering van variabele beloning van oud bestuursleden.
Beloningsopbouw RvC
De beloning die de commissarissen ontvangen voor het uitoefenen van hun functie(s) staat in de volgende tabel weergegeven. Deze bedragen zijn exclusief reis- en onkostenvergoedingen.
Functie | Beloning per jaar |
---|---|
Voorzitter RvC (of Interim voorzitter) | € 30 000 |
Vice voorzitter RvC | € 22 000 |
Lid RvC | € 20 000 |
Voorzitter of lid AC | € 5 000 |
Voorzitter of lid BBC | € 2 000 |
De over 2015 en 2014 uitbetaalde beloning staat vermeld in de jaarrekening op pagina 116..
Vergaderingen met de Ondernemingsraad
De bij Gasunie bestaande praktijk van het bijwonen van ten minste twee vergaderingen per jaar door leden van de RvC is ook in 2015 gevolgd. In de loop van 2015 hebben mevrouw Jolanda Poots-Bijl (juni) en de heer Rinse de Jong (november) ieder een Overlegvergadering bijgewoond. De najaarsvergadering werd vooraf gegaan door een zogenaamde “achterban lunch”, waarbij kon worden aangeschoven bij de lunch van de medewerkers van de locatie waar de Overlegvergadering werd gehouden en direct met hen kon worden gesproken.
Woord van waardering
De raad dankt het bestuur, het management en de medewerkers voor hun betrokkenheid en inzet in 2015. Door hun betrokkenheid en vakmanschap hebben zij de veilige en ongestoorde levering van gas aan de afnemers van Gasunie gewaarborgd.
16 maart 2016,
Raad van Commissarissen van N.V. Nederlandse Gasunie
Rinse de Jong, voorzitter
Dirk Jan van den Berg, vicevoorzitter
Martika Jonk
Jolanda Poots-Bijl
Willem Schoeber
Jean Vermeire